Enge beesten op het behang

Focus op angst

Ieder kind is weleens bang. Dat geeft niet; angsten horen bij het opgroeien. Net zoals het leren omgaan met bange gevoelens. Hoe kun je je kind daarmee helpen? Ga je mee in de angst of juist niet?

Zwanger
Ben je zelf tijdens je zwangerschap vreselijk gestrest, dan zal je baby actiever zijn, minder slapen en een onregelmatiger hartslag hebben dan baby’s van relaxte moeders. Maak je je veel zorgen over de bevalling en de gezondheid van je kindje, dan is je baby juist minder actief. Een ongeboren kind reageert op de angsten en stress van de moeder, zo ontdekten wetenschappers. Ze hebben aanwijzingen dat kinderen van angstige moeders ook op latere leeftijd meer gedrags- en concentratieproblemen vertonen. Reden genoeg dus om tijdens je zwangerschap een stapje terug te doen en bewust de ontspanning te zoeken.

Baby /dreumes
Je pasgeboren baby is nog niet zo angstig. Wel kan hij soms erg schrikken. Vooral van fel licht en harde en onverwachte geluiden, zoals een deur die met een klap dichtslaat of een niesbui. Hij reageert zijn schrik af door heel hard te huilen. Troost hem dan en laat hem zien waar het licht of geluid vandaan komt. Dat werkt geruststellend. Als je baby iets ouder is, ontstaat ook de angst voor diepte en hoogte. Deze angst is heel nuttig: die maakt hem voorzichtig. Met ongeveer acht maanden wordt hij eenkennig. Hij wil alleen nog maar bij vertrouwde mensen zijn en raakt helemaal overstuur als jij uit het zicht verdwijnt. Hij beseft nog niet dat je gewoon blijft bestaan, ook al ziet hij je niet. Ook dreumesen kunnen last hebben van scheidingsangst. Door tegen je kind te blijven praten als je niet meer in dezelfde ruimte bent, ervaart hij dat je niet van de aardbodem verdwijnt. Kiekeboespelletjes leren hem dat je altijd terugkomt. Ook een vertrouwde knuffel mee naar de oppas of het kinderdagverblijf helpt soms bij het overwinnen van deze angst.

Peuter
De wereld van peuters wordt steeds groter en daarmee nemen ook hun angsten toe. Je kind kan nu bang worden voor bijvoorbeeld storm, insecten, het zwembad, de kapper, honden, de wc, het donker, monsters, bloed, de dokter of alleen-zijn. Gelukkig lukt het hem steeds beter om jou te vertellen wat hem zo bang maakt. Maar je kunt het ook aan zijn gedrag merken: hij gaat huilen, kruipt weg of klampt zich juist aan je vast.  Je peuter is soms ook bang, omdat hij de dingen nog niet helemaal snapt. Zo begrijpt hij niet dat water wél door het afvoerputje past en hijzelf niet. Geen wonder dus, dat hij niet onder de douche durft. Verder kan hij last krijgen van zijn eigen fantasie: ineens is hij ervan overtuigd dat er ’s nachts een wolf naar hem loert vanuit zijn kledingkast. Zeggen dat dit onzin is, helpt meestal niet. Bovendien neem je de angsten van je kind dan niet serieus. Heel diep ingaan op de angst is evenmin aan te raden: daarmee versterk je de bange gevoelens alleen maar. Vaak is de beste oplossing de wolf (zogenaamd) maar gewoon bij zijn vacht te grijpen en de deur uit te gooien. Een nachtlampje in de kamer wil ook nog wel eens helpen.

Marion (33): ‘Afgelopen zomer werden we in de tuin overvallen door een zwaar onweer. Ik reageerde paniekerig en sleurde de kinderen zowat mee naar binnen. Daar heb ik later goed spijt van gehad! Want ineens was onze Vera (2,5) doodsbang voor “donderwolken”. Zelfs als ze maar één grijs wolkje aan de hemel zag, bleef ze liever binnen. En als er dan eens écht onweer losbarstte, moesten alle ramen, deuren en gordijnen dicht en kroop ze diep onder haar dekbed. Toch nam de angst in de loop van de zomer af. Op het laatst durfde ze zelfs met ons vanachter het raam naar de bliksem te kijken. Iedere ochtend de lucht afspeuren, doet ze gelukkig niet meer.’

ouders van nu

Op oudersvannu.nl geven we nog een paar boekentips over dit onderwerp • Tips over het omgaan met de angsten van je kind vind je onder meer op www.trotsemoeders.nl en www.opvoedadvies.nl (zoektermen:omgaan, angst). • Mail je vraag over het gedrag of de ontwikkeling van je kind naar ouders@jongegezinnen.nl. Wie weet gebruiken we jouw vraag een volgende keer in deze rubriek! • Natuurlijk kun je met al je vragen ook terecht bij de pedagogen van de OvN-advieslijn: 0900-2040833 (€ 0,20 p/m, ma t/m do van 9 tot 12 uur en van 20 tot 22 uur).

Vraag & antwoord
Mijn zoontje is als de dood voor het hondje van de buren. Hoe zorg ik dat hij minder angstig wordt?
Laat je kind stap voor stap aan het dier wennen. Lees eerst eens een boekje over honden. Kijk daarna samen over het tuinhek naar het hondje. Gaat dit goed, dan mag je zoontje de hond een koekje geven. Geef hem complimenten voor elke stap die goed gaat. Daar groeit zijn zelfvertrouwen van. Ten slotte gaan jullie bij de buren op bezoek. Misschien durft hij het hondje dan zelfs wel te aaien!

Ik ben zelf bang voor de tandarts. Moet ik dat voor mijn kind verbergen?
Dat heeft weinig zin. Kinderen voelen jouw angst feilloos aan. Je kunt daarom best vertellen dat je het spannend vindt om naar de tandarts te gaan. Maar zorg wel dat je je eigen angsten niet overdraagt op je kind. Want als jij enorm opziet tegen de halfjaarlijkse controle, is de kans groot dat je kind ook gespannen raakt. Als je echter laat zien hoe je op een goede manier omgaat met je angst, kan je kind daar iets van leren. Lukt dit niet, dan kun je iemand anders vragen om mee te gaan als het zover is.

Mijn peuter hangt huilend aan mijn been als ik wegga op de crèche. Is dat normaal?
Ja. Bij iedere ontwikkelingsfase horen angsten en sommige komen zo nu en dan terug. Zo kan verlatingsangst bijvoorbeeld opnieuw de kop opsteken als je peuter voor het eerst gaat logeren. Je moet je pas zorgen gaan maken als je brugklasser nog niet op stap durft zonder jou. Want dat is geen normale, bij de leeftijd passende angst. Ook als je kind blijft hangen in zijn angst en niet meer ontspant – hij ziet bijvoorbeeld om de haverklap enge beesten op het behang –  is dat reden tot ongerustheid. Je kunt dan deskundige hulp inschakelen.

Verschenen in Ouders van nu (Sanoma; 2009).

 

Dit artikel is 2921 keer bekeken